Ontdek
Vlees en vis
blog door Nicole van Dijk
Slagerij Schell (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0022) is een begrip in Rotterdam en omstreken. Volgens Freek Schell woont nog maar 20% van de klanten aan de West Kruiskade of in de omgeving. De rest woont verspreid over Rotterdam, of eigenlijk zelfs heel Nederland. ‘Die mensen komen nog 1 x per maand naar onze slagerij om vlees in te kopen. Dan komen ze oude bekenden tegen en lijkt het hier in de slagerij net een reünie’.
Het geheim van Schell? Volgens Freek is dat vooral luisteren naar wat klanten willen eten. ‘Het is allemaal hetzelfde vlees, maar anders gesneden en klaargemaakt’. Luisteren naar de klant en inspelen op een behoefte heeft de familie Schell altijd al gedaan; zijn opa en oma woonde aan de West Kruiskade. Toen zij begrepen dat Argentijnse arbeidsmigranten een pension zochten, verhuurden zij hun eigen woning en gingen zelf elders wonen. Zo had de familie Schell er een nieuwe onderneming bij.
Schell is niet de enige aan de West Kruiskade die goed kijkt naar de behoeftes van deze heel diverse wijk. Ook mijnheer Pang (Echt Rotterdams Erfgoed nr. 0021), eigenaar van de viswinkel Tai Yik en voorzitter van de Stichting Pang Overzee in Nederland, heeft dat altijd gedaan. Zoals zoveel Chinezen vertrekt hij in de jaren 70 naar Nederland om in Chinese restaurants van familieleden te werken. Hij werkt hard en slaagt er in een eigen toko aan de West Kruiskade te openen. De toko loopt goed totdat naast hem de grote Chinese supermarkt Oriental wordt geopend. ‘Oriental is de baas van de straat. Zij verkopen 2000 producten uit Thailand, Vietnam, Suriname, China. Met een kleine toko kan je nooit concurreren.’ Nu mijnheer Pang verse en levende vis verkoopt is hij verzekerd van een vaste klantenkring.
Voor beide ondernemingen is de familie heel belangrijk. Bij Schell hebben alle familieleden een link met de slagerij. De broer van Freek toert rond met grote foodtrucks en het is niet moeilijk te raden welke slagerij de trucks bevoorraadt. Maar ook voor mijnheer Pang is de familie heel belangrijk. De broers en zussen van Mijnheer Pang hadden eigen restaurants en konden hem in dienst nemen. Hierdoor kon hij een startkapitaal opbouwen om zijn winkel te openen. Op zijn beurt helpt mijnheer Pang met de Stichting Pang jonge Chinezen op weg in Rotterdam en daarbuiten: “niet met geld maar met informatie en een maaltijd. Als mensen niks hebben geven wij ze te eten”.
Nicole van Dijk, curator
Programmaleider hedendaags erfgoed en participatie